Het verhaal over de vogels en de Simoerg sluimerde nog ergens op de bodem van mijn geheugen. Het fijne wist ik er niet meer van, dus even googelen en gevonden: ‘De samenspraak van de vogels’, een allegorische vertelling van de Perzische soefi dichter Farid ud-Din Attar uit de twaalfde eeuw na christus.
Dat flarden van dit oude verhaal zomaar opborrelden kwam door een enorme zwerm spreeuwen die rakelings langs het zolderraam scheerde waar ik stond te strijken. Blij met deze afleiding gooide ik het raam open om mijn hoofd naar buiten te kunnen steken, want dit halfjaarlijks terugkerende schouwspel wilde ik niet graag missen.
Boven en over de stad vloog zwevend, buitelend, dansend een wolk van spreeuwen. Pijlsnel vlogen duizenden spreeuwen door de lucht zonder elkaar ook maar een moment in de veren te vliegen of uit het oog te verliezen. Samen vormden al die duizenden vogeltjes één groot beweeglijk lichaam, dat danste en zweefde tegen de avondlucht. Het geheel was een tot in de puntjes georkestreerde balletvoorstelling. Wat een schouwspel, wat een magie! Ademloos heb ik staan kijken, totdat de zwerm naar elders zweefde.
Waarom, waartoe dit wonderlijk gedrag van spreeuwen? Er bestaan allerlei verklaringen voor, maar niemand die het precies weet. Misschien is het wel gewoon uit pure levensvreugde om een spreeuw te zijn te midden van andere spreeuwen. Een surplus aan vrolijkheid en energie die zich moet uiten in een prachtige gezamenlijke dansopvoering zo voor het slapen gaan. Wie zal het zeggen?
Zoals gezegd deed het schouwspel mij denken aan dat oude Perzische verhaal over de Simoerg dat zich in grote lijnen als volgt laat vertellen:
Alle vogels van de wereld komen samen om op zoek te gaan naar een leider. Dat levert niet meteen resultaat op. Tot de hop naar voren treedt. Hij zegt dat ze als vogels wel degelijk een koning hebben, die hen steeds nabij is, al zijn zij dan ver van hem verwijderd. Het gaat om de Simoerg.
Dát hij bestaat heeft hij bewezen door één van zijn veren te laten neerdwarrelen. De vogels raken opgewonden van die boodschap en zij willen de Simoerg, hun koning, onmiddellijk gaan opzoeken. Maar de hop maakt duidelijk dat de weg lang en gevaarlijk is, en dat de zoektocht de nodige moeite zal kosten. Daarop haakt de een na de andere vogel af. Allemaal hebben ze wel een goede reden om van de reis af te zien. Maar de hop weet toch een groep vogels te verzamelen om de tocht naar de Simoerg te ondernemen. De reis voert door zeven valleien, elk met zijn eigen uitdagingen, verleidingen en risico’s. De vallei van zoeken, van liefde, van inzicht. De vallei van onthechting, van eenheid en van verbijstering. En tenslotte de vallei van de ontbering.
Sommige vogels raken de weg kwijt. Andere keren terug of sterven onderweg. De hop moet de overige vogels steeds blijven aanmoedigen en overtuigen.
Uiteindelijk arriveert hij met dertig overgebleven vogels bij de berg waar de Simoerg zijn paleis heeft. Ze worden binnengelaten, maar treffen niemand aan. Wanhopig vliegen ze door lege zalen en galerijen. Zo komen ze ook bij de binnentuin met in het midden een groot meer. Nog steeds is er niemand te zien. Maar wanneer ze over het water vliegen, reflecteert de waterspiegel beneden hen een bijzondere gestalte. Uit die weerkaatsing van dertig vogels verschijnt onverwacht waar ze zo lang naar op zoek zijn geweest: de Simoerg!
Zo’n rijk symbolisch verhaal moet je vooral niet platslaan door te veel uitleg. Maar het moge duidelijk zijn dat de dichter hier hint naar de moeizame en lastige weg die een soefi moet afleggen om iets van goddelijke eenheid te ervaren. En dat je dat in je eentje niet lukt.
Wat mij in het verhaal ook puzzelt is die ene bijzondere veer die is neergedwarreld en die de vogels doet vermoeden dat de Simoerg ook werkelijk bestaat. Hoe moeten we die veer verstaan? Verwijst het naar schoonheid, lichtheid of misschien wel barmhartigheid en mededogen? Wat maakt dat mensen overtuigd raken van het bestaan van de Simoerg, van iets goddelijks?
Volgens het verhaal bestaat de Simoerg eenvoudigweg ook niet, althans niet als een aparte entiteit, een op zichzelf staand wezen. De Simoerg bestaat, of beter gezegd ontstaat, uit de reflectie van het bonte geheel dat de vogels met elkaar vormen. De eenheid die daaruit opdoemt, is méér dan die afzonderlijke vogels bij elkaar opgeteld. Het overstijgt dat, krijgt een eigen gestalte en betekenis, zoals de bijzondere vormen van de spreeuwenzwerm buiten mijn raam. Mooie aansporing om vooral samen op te blijven trekken!
Anja van de Poppe